Een Nederlandse theeplantage

Hoi! Mijn naam is Linda Cebrian-Rampen en op het moment dat ik dit schrijf ga ik de laatste maand in van het theeseizoen. Maar niet zo maar een seizoen …

Dit is voor mij het eerste seizoen dat ik als volwaardige Nederlandse theeplantage heb kunnen draaien! Mijn plantage is compleet met nursery, verschillende theetuinen en natuurlijk een productie- en proefruimte en daar ben ik reuzetrots op. In de komende blogs wil ik jullie graag meenemen op mijn reis. Vanaf het allereerste moment dat het idee in me op kwam om een plantage te starten tot de ideeën die ik heb voor de toekomst.

Alles heeft een begin en bij mij is dat de boerderij van mijn ouders. Als kind opgroeien op het platteland is heerlijk. De vrijheid, ruimte en respect voor dier en natuur is fantastisch, maar was voor mij niet meer dan iets vanzelfsprekends. Toen ik voor een studiekeuze stond, koos ik voor vormgeving en illustratie. Ik vond niets zo saai als thuis ‘in the middle of nowhere’ te zijn.

Bijna zes jaar geleden stelde de boekhouder mij echter de vraag wat ik met de boerderij wilde doen. Aangezien ik enig kind ben, had ik die vraag natuurlijk wel verwacht. Toch, toen hij eenmaal op tafel lag, merkte ik dat ik eigenlijk niet kon zeggen dat ik de boerderij niet wilde. Ik heb er een hele fijne jeugd gehad, ik heb altijd gezien hoe hard mijn ouders hebben moeten werken en de grond was zelfs nog van mijn opa geweest! Mijn antwoord aan de boekhouder was dan ook dat ik de mogelijkheden voor de boerderij wilde onderzoeken. Dit onder protest van mijn man.

Dit was het startpunt van mijn reis. Ik wilde uiteindelijk toch heel graag iets gaan doen met de grond, de stallen en de gebouwen die ik tot mijn beschikking had, maar wat?

Tijdens een tussenlanding op Hong Kong, toen ik gehaast met mijn tasje met Chinese thee op de roltrap omlaag stond om het volgende vliegtuig te halen, viel het me te binnen. Niet meer dan een heel naïeve gedachte: zou ik zelf geen thee kunnen verbouwen?

Eenmaal thuis begon de grote zoektocht. De planten, het cultiveren, het productieproces en alles wat daarbij komt kijken. Mijn onderzoek leidde mij naar veel mooie plekken en interessante mensen. Onder andere naar een kleine plantage in Italië met een ontzettend aardige botanicus die me helpt zoveel hij kan. Maar ook naar een plantage in Zwitserland waar ik kennis maakte met een laboratorium dat onderzoek doet naar de theeplant. Daarnaast startte ik met de theejaaropleiding van ITC Academy om meer inhoudelijke kennis op te doen over thee en een goede start te maken met het ontwikkelen van mijn eigen smaak. Thee is altijd een liefhebberij geweest, maar de stap naar de professionele theewereld vroeg wel om een serieuze aanpak.

Vaak heb ik getwijfeld. De weg naar het punt van produceren en een inkomen halen uit de theeplanten die op je land staan is lang. De investeringskosten zijn hoog en daarbij is er in Nederland nog geen andere plantage waar ik terecht kan voor vragen of hulp. Vaak had ik het idee dat ik door modder liep en maar moeizaam vooruitkwam. Gelukkig groeiden mijn kennis en netwerk flink en als ik omkeek naar de weg die ik had afgelegd, gaf me dat een blij gevoel en ook vertrouwen in waar ik mee bezig was.

Het omslagpunt kwam twee jaar geleden. De eerste zaadjes gingen de grond in! Vorig jaar volgde mijn eerste theetuin en natuurlijk een first flush. De thee die ik maakte heb ik niet meer, maar omdat dit voor mij wel een heel belangrijke mijlpaal was, heb ik als symbool een paar blaadjes gedroogd die ik nog altijd in een doosje in mijn keuken bewaar. Van verschillende kwekers in Nederland en Europa heb ik nu zaadjes en kleine plantjes in de nursery staan en grotere planten in mijn theetuinen.

Vorig jaar heb ik mijn baan opgezegd om me volledig op dit spannende avontuur te storten.

Hopelijk lukt het me om mijn zoontje – hij is nét twee – net zo’n rijke jeugd te geven als ik gehad heb. ‘The middle of nowhere’ is toch wel een fijne plek J. Gelukkig is mijn man inmiddels net zo enthousiast als dat ik ben!

Tot de volgende blog!

Andere onderwerpen